-
1 accentuer
accentuer [aaksãtuu.ee]1 de klemtoon, nadruk leggen op ⇒ beklemtonen, accentueren2 het toonteken, accent plaatsen op♦voorbeelden:1 sterker, heviger, groter worden ⇒ toenemen1. v2) benadrukken, beklemtonen3) vergroten, versterken2. s'accentuervduidelijker/sterker/groter worden, toenemen -
2 accentuer son effort
accentuer son effort -
3 redoubler
redoubler [rədoeblee]1 sterker worden ⇒ toenemen, verhevigen♦voorbeelden:redoubler de … • nog meer … aan de dag leggenredoubler de zèle • nog ijveriger wordenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verdubbelen ⇒ versterken, vermeerderenv1) sterker worden, verhevigen2) verdubbelen3) blijven zitten [school]
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский